(Glas)vliesbehang aanbrengen

Een strakke muur in 8 eenvoudige stappen

Na de oplevering van je nieuwbouwwoning kun je de wanden beter niet direct overschilderen of stucen, wegens de kans op scheurvorming. Om je muren toch strak af te werken, raden wij je glasvliesbehang aan. Glasvliesbehang vangt de krimp (gedeeltelijk) op en zorgt voor een gladde, strakke en naadloze wandafwerking. Het grote voordeel van glasvliesbehang is dat het relatief eenvoudig aan te brengen is en je geen behangtafel nodig hebt, zoals bij gewoon behang. Je werkt zo vanaf de rol! We leggen het je in 8 eenvoudige stappen uit.

Gereedschappen
Spanningszoeker, waterpas, schaar, behangroller, behangliniaal, behangspatel, behangnadenroller, afbreekmes, potlood

Materialen
Glasvliesbehang, vliesbehanglijm, licht vochtige doek, huishoudtrap

1. Bepaal hoeveel behang je nodig hebt

Om te bepalen hoeveel rollen behang je nodig hebt, begin je met het meten van de totale oppervlakte van de muren door de hoogte met de breedte te vermenigvuldigen. Vergeet niet om de oppervlakte van deuren en ramen af te trekken, zodat je alleen de te behangen delen overhoudt. Vervolgens kijk je op de verpakking van het behang voor de dekking per rol in m². Deel de te behangen oppervlakte door de dekking per rol om het aantal benodigde rollen te berekenen. Het is verstandig om een extra rol te kopen voor eventuele fouten of patroonherhalingen.

 

Tip! Bekijk voordat je begint of alle behangrollen hetzelfde kleur- of batchnummer hebben, om kleurverschil tussen banen te voorkomen.

Muuropvuller ter voorbereiding van het behangen

2. Voorbereiding van de muur

Schakel eerst de stroom uit en controleer met een spanningzoeker of je de juiste groep hebt uitgeschakeld. Als stopcontacten, lichtschakelaars en/of datapunten al voorzien zijn van afdekplaatjes, verwijder je die. Zorg ervoor dat de muur schoon, droog en vrij van stof is. Eventuele oneffenheden op de wand, zoals gaten of scheuren van de bouw, maak je dicht met een daarvoor geschikte muurvuller. Als de muren erg glad zijn, kan het helpen om ze licht op te schuren met schuurpapier, zodat het behang beter hecht.

3. Teken een loodrechte lijn

Controleer of het deurkozijn in de wand die je wilt behangen waterpas is. Dit deurkozijn kun je als referentie voor je verticale lood-/startlijn gebruiken. Als het kozijn niet waterpas is of als je geen kozijn hebt, meet je ongeveer 50 centimeter (de rolbreedte – 3cm) vanaf de hoek waar je begint met behangen om te bepalen waar je de loodlijn wilt plaatsen. Zo voorkom je dat je aan het einde een smalle strook overhoudt. Teken met een potlood een zeer lichte, loodrechte startlijn langs de waterpas op de muur.

 

4. Lijm

Wanneer je hebt bepaald waar je eerste strook komt, kun je beginnen. Op deze plek smeer je de muur in met vliesbehanglijm. Breng net iets meer dan de baanbreedte aan. Smeer een extra laag lijm op de muur als je merkt dat de muur de lijm opzuigt. Het is belangrijk dat je genoeg lijm gebruikt. Vergeet hierbij niet de randen!

Man en vrouw zijn samen aan het behangen

5. De eerste baan

Pak nu de rol en begin aan de bovenkant van de muur. Je werkt het beste van boven naar beneden. Plak de eerste baan strak langs de loodrechte startlijn. Houd boven én onder een extra rand van ongeveer 5 centimeter aan, later kun je dit overtollige behang gemakkelijk afsnijden voor een nette rand. Met een behangspatel strijk je de baan stukje per stukje glad. Met de behangnadenroller druk je de randen goed aan. Ga je een beetje scheef? Corrigeer de baan door een stukje los te trekken en hem weer glad te strijken. Snijd het overtollige behang aan de boven- en onderkant af met behulp van een behangliniaal en afbreekmes. Houd de behangliniaal hierbij tegen de plint, zodat je het behang recht en strak kunt afsnijden. Duw eventuele lucht- of lijmophopingen met een behangspatel naar de vrije zijde van de behangbaan. Als het behang erg nat is, wacht dan een paar uur anders kan het behang gaan scheuren.

6. Volgende banen plakken

Tijd voor de volgende banen! Plak de volgende baan tegen de eerste aan, waarbij je ervoor zorgt dat de rand precies aansluit op de vorige baan. Bij glasvliesbehang met een patroon wil je natuurlijk dat het motief naadloos doorloopt over je hele muur. Dit kan wat puzzelwerk vergen. Hierbij ontkom je niet aan enig behangverlies.

Stortend plakken

Sommige behang moet je stortend plakken. Dit houdt in dat je elke tweede baan op de kop aanbrengt, dus om en om. Het staat op de verpakking als dit wenselijk is (soms in het Engels: ‘reverse alternate lengths’).

7. Bijna klaar…

Voor de laatste baan meet je de breedte van het laatste te behangen stukje muur op. Deze baan wordt waarschijnlijk wat smaller dan de rest. Knip de behangrol met een behangschaar af op de juiste breedte, plus 2 centimeter. Zo kom je niet tekort als blijkt dat de muur niet helemaal recht is. Ook deze baan snijd je naderhand bij met het scherpe mes.

 

8. De perfecte afwerking

Het behang breng je in eerste instantie ook aan over stopcontacten, lichtschakelaars en/of datapunten. In deze laatste stap druk je de omtrek van deze punten stevig aan en snijd je het behang bij deze stukken rondom netjes open met een scherp mes. Eventuele lijmresten op en rondom je behangen muur haal je weg met een vochtige, schone doek. Vliesbehang kan daarna – indien gewenst – overschilderd worden.

Wil je niets missen? Meld je aan voor de nieuwsbrief
✓ Als eerste op de hoogte van ontwikkelingen en nieuwe projecten
✓ De nieuwste artikelen over nieuwbouw, boordevol inspiratie en tips!

Lees alsjeblieft ons privacybeleid voor meer informatie over hoe we omgaan met jouw persoonlijke informatie.